Inspectieteams gingen Nederlandse supermarkten af, op zoek naar Israelische producten afkomstig uit de Westelijke Jordaanoever. Foto: ANP/Enschede voor Vrede“De shariapolitie van DocP was afgelopen zaterdag in Rotterdam op stap om Joodse producten uit de winkels te halen.
Kristallnacht 2.0… “ door Cornelis IJzerdraat  – 25 mei 2016 (Nieuwspraak)

Eind jaren dertig van de vorige eeuw gingen bij onze Oosterburen ook patrouilles op stap om foute producten en foute mensen te labelen. Gekleed in uniform gingen de groepjes nazi’s op stap om De Jood te labelen.
Nu, in 2016, doet de Rotterdamse politieke partij NIDA (die kennen we nog van het topic ‘Te dom voor woorden: Rotterdamse SP stelt raadsvragen over ‘Israëlische jihad’ waar ze samen met de lokale SP-afdeling raadsvragen stelden over jongeren uit Rotterdam die in Israël op ‘jihad’ zouden gaan tegen de Palestijnen – Joden op jihad, ziet u het voor zich? Nee, wij ook niet) samen met het Diensten Onderzoek Centrum Palestina (DocP) de jodenvervolging nog even dunnetjes over door lekker geüniformeerd winkels te doorzoeken op Israelische producten. Of, zoals NIDA het zelf zegt op hun Facebookpagina:


‘Zaterdag 21 mei was de landelijke inspectiedag van de BDS-beweging (Boycot, Desinvesteringen en Sancties) in Nederland. In 10 steden in Nederland gingen inspectieteams van docP de supermarkten in om “Israelische” producten te spotten. Met dank aan onze vrijwilligers ging NIDA samen met docP (partners in het platform Rotterdam4Gaza) de AH inspecteren in Hesseplaats, Rotterdam.’

En hoe ze dat doen? De infopagina van DocP geeft antwoord:

Het team bestaat uit lokale actievoerders. Bij docP hebben we een centraal coördinatie-team, bestaande uit 6 personen, die de lokale groepen ondersteunen en overal in het land nieuwe actievoerders zoeken om in hun stad een team samen te stellen.

De teams bestaan uit ongeveer 6 – 8 personen. Vijf gaan de winkel binnen, gehuld in het speciale inspectieteam-uniformjasje, waardoor ze een officiële uitstraling krijgen. De anderen blijven buiten om het publiek voor de winkel te informeren middels een whitebord, flyers en eventueel een megafoon. In de winkel wordt de bedrijfsleider opgezocht om te vertellen wat er gebeurt, terwijl de andere inspecteurs alvast aan de gang gaan. Zij zoeken de mogelijk besmette producten en noteren die op een lijst. Iedere keer als iets gevonden wordt, wordt dat via walkie-talkies gemeld aan de persoon bij het whiteboard voor de deur, die het opschrijft voor het publiek.

Na afloop van de inspectie wordt een rapport opgemaakt van de gevonden producten en aan de bedrijfsleider overhandigd. Van elk product wordt een exemplaar in een winkelmandje gedaan en daarbij tevens overhandigd. Daarvan wordt een foto gemaakt, leuk voor de media.

De inspectie duurt niet langer dan een half uur, want tevoren is al verkend waar de foute spullen liggen. Er kunnen zo 2 tot 3 winkels achter elkaar worden geïnspecteerd.

Lekker met je hoofddoekpolitie de antisemitische keuringsdienst van waarde uithangen dus. En succes gegarandeerd, want de de DocP Stasi is van te voren al langs geweest om te checken of er wel ‘foute’ producten liggen, want anders sta je natuurlijk gigantisch voor joker met je kudde pinguïns en je megafoon. Leni Riefenstahl zou er trots op zijn, qua propaganda.

What’s next, borden ophangen met ‘Koop niet bij Joden’? Gele sterren op de deuren van de AH plakken? De ruiten ingooien bij grootgrutters die toch ‘foute’ producten verkopen? In ieder geval is er eerst morgen een demonstratie op het Plein in Den Haag. Komt die kristallnacht daarna wel… http://nieuwspraak.nl/blog/2016/05/25/shariapolitie-docp-controleert-op-israelische-producten-ah-50402/

“Vreemd, voor Israëlische producten gelden blijkbaar andere regels” – Robbert de Witt – Elsevier

Op producten uit de ‘bezette gebieden’ mag geen ‘made in Israel’ meer staan, vinden Europese ministers van Buitenlandse Zaken. Opmerkelijk, want voor andere omstreden regio’s zijn de regels aanzienlijk coulanter.

Als fabrikanten een tekst op de verpakking zetten, is dat bedoeld om hun waar aan te prijzen: ‘Vers geperst’ of ‘Van zorgvuldig geselecteerde koffiebonen’.

Maar als de overheid eist dat tekst wordt toegevoegd, dan wordt de consument gewaarschuwd: ‘Niet geschikt voor kinderen’ of ‘Bevat sporen van noten’. Of wellicht binnenkort op die lekkere olijven: ‘Geproduceerd in de Westelijke Jordaanoever’.

Zestien ministers van Buitenlandse Zaken, onder wie PvdA-minister Bert Koenders, vragen de Europese Commissie haast te maken met verplichte etiketten voor Israëlische producten uit de zogeheten ‘bezette gebieden’. Daar mag geen ‘made in Israel’ meer op staan.

‘Correcte etikettering’

Volgens het ministerie gaat het slechts om ‘het geven van voorlichting aan consumenten door correcte etikettering’. Zou het echt?

Het ware doel is natuurlijk dat consumenten deze producten laten liggen. Of beter nog, dat supermarkten zulke ‘besmette waar’ niet meer inkopen. Zo wordt Israël gedwongen om de nederzettingen op te geven.

Heel vreemd om alleen voor Israëlische producten zo’n nauwkeurige aanduiding verplicht te stellen. Over producten uit omstreden gebieden als Tibet, de Westelijke Sahara, of dichter bij huis, Baskenland of Gibraltar, hoeven consumenten blijkbaar niet te worden geïnformeerd.

Elsevier nummer 18, 2 mei 2015 http://www.elsevier.nl/buitenland/blog/2015/04/vreemd-voor-isralische-producten-gelden-blijkbaar-andere-regels-1754181W/

Lees ook: Pro-Palestijnse ‘inspecteurs’ willen af van Israëlische producten in supermarkt

http://www.elsevier.nl/nederland/achtergrond/2016/05/koenders-actie-voor-israel-boycot-in-supermarkten-mag-gewoon-309818/ 



Nieuwspraak.nl / Elsevier.nl – foto: