Hans Knoop, journalist“Rechtsstaat blijkt niet bestand tegen Kalashnikovs van moslim-terroristen”

Zullen de recente lafhartige terroristische aanslagen in Frankrijk gepleegd door moslim fundamentalisten bij komende verkiezingen in Europa het politieke landschap ingrijpend doen veranderen ten gunste van extreem-rechts?

Of om de vraag pregnanter te stellen: Zullen Marine Le Pen, Geert Wilders, Filip Dewinter, Strache c.s garen spinnen bij de angst en onrust die op ons continent is ontstaan en welke gevolgen zal een eventuele electorale zege van extreem-rechts hebben op de positie van de meest bedreigde en kleinste minderheid in de EU, de joodse gemeenschap?

Zozeer als men links niet generaliserend op een hoop kan gooien, zozeer kan men dat rechts evenmin. Er zijn zeer essentiële verschillen tussen de extreem-rechtse anti-moslim partijen binnen de EU.  …


Alhoewel Wilders, Dewinter en Le Pen bij de laatste verkiezingen voor het EU parlement hebben getracht een eigen fractie te formeren is het daar niet van gekomen.
De drie partijen behaalden niet genoeg stemmen voor het vormen van een fractie en kwamen met andere Europese anti-moslim partijen in het EU parlement niet tot een akkoord. Dat geeft op zich al weer dat het geen eenheidsworst is en dat het enige element dat zij gemeen hebben hun islamofobie is, maar op de meeste andere issues van mening verschillen.

Sommige van die partijen zijn naast anti-moslim ook rabiaat antisemitisch zoals bv. de Griekse Dageraad Partij en het Hongaarse Jobbik.
Het FN van Marine Le Pen heeft onder het voorzitterschap van haar vader Jean-Marie eveneens een lange antisemitische traditie. Maar sinds de dochter het roer heeft overgenomen is zij bezig met een charme-offensief en stelt zij afstand van het verleden te hebben genomen. Tot dusverre heeft zij echter haar vader (hij blijft zich antisemitisch uiten) niet publiekelijk naar de strafbank verwezen. Integendeel! Jean Marie Le Pen is opnieuw lid van het EU parlement geworden en heeft het als notoir antisemiet zelfs tot “ere-voorzitter” van het FN geschopt. Kennelijk wordt het dus nog steeds als een eer binnen het FN beschouwd om een prominente en rabiate antisemiet in de gelederen te hebben.
Voor wat betreft het Vlaams Belang en de PVV van Wilders liggen de zaken genuanceerder. Geen van beide partijen zijn antisemitisch ook al zitten er in beide clubs sommige leden bij wie men als jood niet als eerste aangeklopt zou hebben voor een onderduikadres ten tijde van de Shoah.
Beide partijen hebben gemeen dat zij (als enige in hun landen) vrijwel kritiekloos Israël steunen, daar waar het FN en de FPO in Wenen juist naast antisemieten ook felle bestrijders van de staat Israël zijn.

Op de vraag of extreem-rechts profijt gaat trekken uit de recente gebeurtenissen en wat dat voor de joden betekent kan dus geen algemeen en ongenuanceerd antwoord worden gegeven.
In Nederland heeft Wilders zich opgeworpen als de grote beschermer van de joodse gemeenschap, zoals Dewinter dat in de Antwerpse gemeenteraad in het verleden van de Antwerpse joodse gemeenschap deed.
Het probleem is alleen dat noch de joden in Nederland, noch de Antwerpse joden de bescherming uit die hoek aanvaardden. Met name door de opstelling van de PVV in het debat over de schechita (koosjer slachten) hebben alle joodse organisaties in Nederland zich van Wilders afgekeerd en zelfs de Amerikaanse joden opgeroepen hem niet langer financieel te steunen.

Desalniettemin hoeven de joden in de Benelux zich bij een verkiezingswinst van uiterst rechts vooralsnog geen zorgen te maken.
Geheel anders is dat in andere EU-landen. In Duitsland blijken neo-Nazi’s diep in de anti-moslim beweging te zijn geïnfiltreerd. Hun haat gaat verder dan alleen die tegen moslims en de joodse gemeenschap daar heeft weldegelijk reden voor een verkiezingswinst van extreem-rechts te vrezen. Daar staat tegenover dat de xenofobe uitingen in Duitsland absoluut geen steun ondervinden in brede lagen van de Duitse bevolking.

Waakzaamheid is desalniettemin het gebod voor alle joden in Europa. Het zou niet voor het eerst in de geschiedenis zijn dat joden uiteindelijk het gelag betalen. In feite doen ze dat nu al, aangezien geen enkele minderheidsgroep aan een zo hoge mate van bedreiging bloot staat als de joodse.

Dat betekent niet dat joden achter anti-moslim haatpredikers moeten gaan staan ook al beweren die niets tegen hen te hebben. Het betekent wel dat meer dan ooit wij joden de regeringen binnen de EU ervan moeten doordringen dat er op een doelmatiger wijze tegen alle vormen van discriminatie en intolerantie dient te worden opgetreden. Het internet lijkt een vrijplaats voor antisemitisme, homofobie en xenofobie te zijn geworden. In Zweden en Nederland werd de afgelopen dagen opgeroepen moskeeën in brand te steken! Pogroms beginnen met hatespeech. Wij erkennen dat het schenden van de principes van de rechtsstaat door de overheid om juist die rechtsstaat op termijn te behouden een zware beslissing en ingreep is. Maar daar staat tegenover dat de open en democratische samenleving waarin rechtsbescherming voor elk individu is gegarandeerd gelijktijdig de meest kwetsbare is en minderheden als de joodse steeds minder bescherming biedt. De principes van de rechtsstaat zijn helaas niet bestand tegen moslim-terroristen die hun automatische wapens op redacties of op joodse kinderen in Toulouse leegschieten.

Een bokser die het in de ring moet opnemen met inachtneming van de regels van de reguliere bokssport tegen een zgn. freefighter die aan geen enkele regel gebonden is zal kansloos verliezen. De democratische rechtsstaat beschikt over wetgeving en middelen om criminelen uit te schakelen. Wetgeving beschermt ons tegen wetsovertreders en eveneens tegen onrechtmatig overheidsoptreden.

Indien de overheid op basis van de bestaande wetgeving burgers geen fatsoenlijke bescherming kan bieden tegen terrorisme lijkt de vraag gerechtvaardigd of dan die wetgeving niet tijdelijk aan de nieuwe werkelijkheid dient te worden aangepast. Voor alle duidelijkheid: Joden gedijen zoals alle burgers het best in een democratische samenleving. Die is ons zoveel waard dat we bereid zijn tijdelijk een stukje van onze vrijheid in te leveren om die op langere termijn te kunnen behouden. Let wel, tijdelijk en onder strikte controle. Het laatste waar we naar verlangen is een politiestaat en elke inperking van onze vrijheid en rechten dient slechts van beperkte duur te zijn en de opportuniteit ervan regelmatig te worden getoetst. Om onze democratische rechtsstaat op termijn te behouden lijkt het daarom wenselijk de overheid tijdelijk meer machtsmiddelen toe te staan om effectiever te kunnen optreden tegen terrorisme. Dus tot behoud van de rechtstaat en niet tot inperking daarvan!

Het is tijd voor daden! De multiculturele samenleving is mislukt. Te lang hebben onze regeringen voor die harde werkelijkheid de ogen gesloten. Daarom is nu daadkracht vereist. Het is – zoals soms ten onrechte beweerd – nog geen 1938. Vergelijkingen met de situatie in Nazi-Duitsland wijzen wij af. Als we al vergelijkingen met Duitsland en historische parallen maken dan lijken wij eerder terug te zijn in de Weimar Republiek. Het is laat, maar nog niet te laat!

09 januari 2015 – Hans Knoop, journalist



Hans Knoop, journalist